Besluit: 1. De 1e financiële rapportage 2016 ter kennisgeving aan te nemen; 2. De begrotingswijzigingen, zoals samengevat in hoofdstuk 3, in de begroting 2016 vast te stellen; 3. De mutaties van de bestemmingsreserves vast te stellen.
Besluit: 1. In te stemmen met de conceptbrief inzake de zienswijze op de financiële stukken van de RUD NHN; 2. Met inachtneming van de zienswijze in te stemmen met de jaarstukken 2015 en begroting 2017 van de RUD NHN.
Benoeming leden Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo
Besluit: 1. Met terugwerkende kracht voor de periode van 1 mei 2016 tot en met 30 april 2019 mevrouw M. van Driel als architectlid van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo te benoemen. 2. Voor de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 oktober 2018 de heer M. Overtoom als architectlid van de Adviescommissie voor Ruimtelijke Kwaliteit Heiloo te herbenoemen. 3. Het volgende rooster van aftreden ingaande 11 juli 2016 vast te stellen: 30 juni 2018: aftredend voorzitter, de heer R.J. Wijntjes (voordracht Mooi Noord-Holland); 31 oktober 2018: aftredend architectlid, de heer M. Overtoom (voordracht MOOI Noord-Holland); 31 december 2018: aftredend monumentenlid, de heer C. Hooijschuur (voordracht Mooi Noord-Holland); 30 april 2019: aftredend architectlid, mevrouw M. van Driel (herbenoeming mogelijk); 9 mei 2019: aftredend burgerlid, de heer B. Hoetjes (herbenoeming mogelijk); 9 mei 2019: aftredend plaatsvervangend burgerlid, mevrouw I. Völke-Roders (herbenoeming mogelijk).
Besluit: 1. De gewijzigde regionale nota bodembeheer (met de daar in opgenomen lokale maximale waarden en de keuzes voor gebiedsspecifiek beleid) vast te stellen voor het eigen grondgebied. 2. Het gehele werkgebied van de gemeenten Alkmaar, Bergen, Castricum, Heerhugowaard en Heiloo aan te wijzen als beheergebied waarbinnen grond- en baggerverzet mogelijk is op basis van de regionale nota bodembeheer. 3. De bodemkwaliteitskaarten van de gemeenten Den Helder, Drechterland, Enkhuizen, Hollands Kroon, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer, Schagen, Stede Broec en Texel te accepteren als bewijsmiddel van de chemische kwaliteit van de toe te passen grond vanuit deze gemeenten. Zodra de gemeenten Langedijk en Uitgeest voor hun grondgebied en PWN Waterleidingbedrijf Noord-Holland voor haar werkgebied een bodemkwaliteitskaart hebben opgesteld en deze bestuurlijk zijn vastgesteld, deze kaarten ook te accepteren. 4. De bevoegdheid van onderstaande besluiten met een uitvoerend karakter te mandateren aan het college: • wijzigingen van de bodemfunctieklassenkaart; • het toevoegen van aanvullende gegevens aan de bodemkwaliteitskaart die geen invloed hebben op het gebiedsspecifiek beleid; • het onder voorwaarden accepteren van een bodemkwaliteitskaart als bewijsmiddel voor de chemische kwaliteit van de toe te passen grond; • het opnieuw bestuurlijk vaststellen van een gewijzigde bodemfunctieklassenkaart en/of bodemkwaliteitskaart onder voorwaarde dat de wijzigingen geen invloed hebben op het in de nota bodembeheer geformuleerde gemeentelijke gebiedsspecifieke beleid. 5. De regionale nota bodembeheer per 1 december 2016 in werking te laten treden.
Besluit: 1. In te stemmen met het naar voren halen van het investeringsbudget dat daartoe in 2017 is begroot ten behoeve van de dekking van de versnelde aanleg van het kunstgrasveld voor HSV in de zomer van 2016; 2. in te stemmen met het uitvoeren van diverse aanvullende onderhoudswerkzaamheden voortkomend uit de nulmeting en deze kosten ten laste te brengen van de nog door uw raad in te stellen “bestemmingsreserve Accommodatievraagstukken”.
Besluit: 1. De nieuwe programma-indeling met ingang van de programmabegroting 2017 als volgt vast te stellen: BUCH gemeenten Programmaindeling Programma-onderdelen 1. Een sociale en vitale gemeente a. Inwoners en bestuur b. Samen leven c. Kerngericht en ondersteunend d. Een veilige gemeente 2. Een aantrekkelijke gemeente a. Cultuur, Recreatie en toerisme b. Economische vitaliteit c. Een bereikbare gemeente 3. Een leefbare gemeente a. Wonen en leefomgeving b. Duurzaamheid en milieu c. Beheer en onderhoud 4. Een financieel gezonde gemeente
Het raadsvoorstel voor de vier BUCH raden is geformuleerd door de raadswerkgroep BUCH op 25 mei 2016. De raadswerkgroep is inhoudelijk geadviseerd door de Bestuursstaf BUCH i.o. /Bouwteam Comtrol & Advies.
Besluit: 1. Kennis te nemen van het rapport “Plan Oost te Heiloo, onderzoek maatregelen tegen geluidsbelasting rijksweg A9”. 2. In te stemmen om af te zien van verdere maatregelen in het kader van geluidsbeperking voor Plan Oost als gevolg van de rijksweg A9. 3. In te stemmen met het vrij laten vallen van de bestemmingsreserve Geluidwal Plan Oost met uitzondering van € 35.000 afwikkelingskosten.
Besluit: 1. In te stemmen maatschappelijke organisaties richting te geven door het vaststellen van kaders en beleidsdoelen, en op basis van Samenspel invulling te geven aan het activiteitenaanbod Heiloo in plaats van het benoemen van kernactiviteiten; 2. de nota Kunst en Cultuur ‘Leven en Beleven’ en de bijbehorende bijlage vast te stellen; 3. te kiezen voor ambitieniveau 1 ‘Heiloo zet in op behoud huidig cultureel aanbod’ en het college de opdracht te geven voor de behandeling van de begroting 2017 met een dekkingsvoorstel te komen om dit ambitieniveau te realiseren; 4. kennis te nemen van de nota Sport en Bewegen; 5. kennis te nemen van de nota Veranderopgave maatschappelijk en bijbehorende bijlage; 6. kennis te nemen van de nota ‘Beleidsontwikkeling op basis van Samenspel’.
Alleen de nota Kunst & Cultuur met de bijlagen wordt ter vaststelling aan de raad aangeboden. De overige documenten zijn uitvoeringsnota’s en worden ter kennisname aangeboden.
Besluit: Jaarstukken 2015 1. In te stemmen met de jaarstukken 2015 en de daarin voorgestelde resultaatbestemming (het in mindering brengen van het negatieve rekeningresultaat van € 176.000,- op de algemene reserve); 2. De GGD op te dragen om in het vervolg aan de inhoudelijke verantwoording een overzicht toe te voegen waarin in één oogopslag te zien is in welke mate resultaten behaald zijn; 3. De GGD op te dragen om meer grip te houden op de automatiseringskosten en na te denken over een structurele oplossing ter voorkoming van de overschrijding daarvan; 4. De GGD te adviseren om normen vast te stellen met betrekking tot de financiële kengetallen, zodat de in de jaarstukken verantwoorde kengetallen op waarde kunnen worden geschat. Herziene begroting 2016 5. In te stemmen met de herziene begroting 2016 met de volgende bedingen: a. geen verhoging van de structurele gemeentelijke bijdragen in verband met CAO-indexering (in plaats hiervan een aanvullende ombuigingstaakstelling ter hoogte van de extra kosten); b. geen verhoging van de structurele gemeentelijke bijdrage in verband met (CAO-)indexering voor Veilig Thuis; c. geen verhoging van de incidentele gemeentelijke bijdrage in verband met kosten mobiliteitspool (betaling van WW-uitkeringen aan eerder boventallig-verklaarden); 6. De GGD te verzoeken om een overzicht op te stellen waarin minimaal de bovenwettelijke, wettelijke, maatwerk- en markttaken inclusief kosten staan gespecificeerd. Met dit overzicht zal er meer inzicht zijn in de kosten en zal de GGD beter in staat zijn om mogelijke consequenties van het niet doorvoeren van een verhoging van de gemeentelijke bijdragen te onderbouwen. Ook biedt dit de mogelijkheid om beter op taken te sturen; 7. De GGD op te dragen om begrotingswijzigingen in het vervolg na afloop van een begrotingsjaar aan de gemeenten voor te leggen, conform de hierover gemaakte afspraken in de spelregels voor gemeenschappelijke regelingen. Begroting 2017 8. In te stemmen met de begroting 2017 met de volgende bedingen: a. geen indexering voor Veilig Thuis; b. geen indexering voor de huisvestingskosten Jgz; c. een concrete en meerjarige invulling van de taakstellende sluitpost; d. een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen in relatie tot de financiële positie van de GGD (conform het BBV). Meerjarenbeleidsplan 2016-2019 9. De GGD te adviseren om de verschillende concept-documenten binnen het financiële proces zo min mogelijk met elkaar te vervlechten; 10. De GGD te adviseren om de begroting te benaderen vanuit de financieringsstroom; 11. De GGD op te dragen om een meerjarenraming op te stellen, waarin de gevolgen van het meerjarenbeleid zijn opgenomen; 12. De GGD op te dragen om deze meerjarenraming opnieuw voor zienswijzen aan de raden van de deelnemende gemeenten voor te leggen; 13. Niet in te stemmen met het meerjarenbeleidsplan, totdat de financiële consequenties van dit plan bekend zijn.