Er zijn bij de griffie geen voorstellen ontvangen tot wijziging van de voorgelegde concept-notulen. Voorgesteld wordt de notulen ongewijzigd vast te stellen.
Bij elke brief heeft de griffie een procedureel afdoeningsvoorstel geformuleerd. Aan de raad wordt voorgesteld overeenkomstig dit afdoeningsvoorstel te besluiten. Als de raad een brief op een andere manier wil afhandelen, kan dit voorafgaand aan of in de vergadering worden aangeven. Het afdoeningsvoorstel wordt dan gewijzigd. In de raadsvergadering is er voor raadsleden beperkt gelegenheid over de inhoud van een brief een enkele opmerking te maken of een enkele vraag te stellen. In de meeste gevallen kan een brief door het college van burgemeester en wethouders worden afgehandeld. De raad zal daarvan een afschrift ontvangen. In dat geval zal bij de afhandeling gelet worden op eventuele opmerkingen die in een raadsvergadering worden gemaakt. Het is niet de bedoeling dat de raad brieven uitvoerig inhoudelijk aan de orde stelt bij het agendapunt Lijst ingekomen stukken. Als een raadslid een brief inhoudelijk wil bespreken, kan dat verzocht worden met opgave van redenen en het doel van de bespreking. Een verzoek om agendering van een brief hoeft niet te wachten tot de raadsvergadering, maar mag op ieder moment ook bij de griffie worden aangemeld. De brief kan op de eerstvolgende - nog te versturen - agenda van de commissie worden geagendeerd, als de agenda dat toelaat, e.e.a. ter beoordeling van het presidium.
Vragenuurtje en actuele bestuurlijke aangelegenheden
Een raadslid dat tijdens het vragenuurtje vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp ten minste 24 uur voor aanvang van de vergadering bij de voorzitter. Het vragenuur is bedoeld voor vragen over actuele onderwerpen, die niet op de wijze als in artikel 39 kunnen worden gesteld, omdat de actualiteit dit vergt. Louter technische of informatieve vragen worden op een andere wijze gesteld.
5
HAMERSTUKKEN
De raadscommissies hebben geadviseerd de volgende agendapunten als hamerstuk te behandelen.
5.1
Voorjaarsnota
Deze voorjaarsnota betreft de eerste tussentijdse rapportage over 2020 in de nieuwe vorm waarbij meer aandacht wordt besteed aan de voortgang op beleid. In deze voorjaarsnota geeft het college de stand van zaken weer over de uitvoering van de doelstellingen in de programmabegroting 2020 tot en met maart van dit jaar. Voor wat betreft de verwerking van financiële afwijkingen van de verwachte begrotingsuitvoering geldt het volgende principe. Omdat het pas drie maanden van het begrotingsjaar betreft, stelt het college voor alleen wanneer de afwijking van de ramingen t.o.v. de begroting een hoge mate van zekerheid hebben, de begroting te wijzigen. In de gevallen dat de prognose nog beïnvloedbaar is, dan wel nog onzeker, zoals Corona, geeft het college de raad in de najaarsnota 2020 een bijgestelde verwachting.
Een aangepast voorstel en aangepaste voorjaarsnota met erratum is toegevoegd, naar aanleiding van de laatste wijzigingen in de jaarrekening 2019.
De navolgende inhoudelijke agendapunten worden op de reguliere wijze als bespreekpunt behandeld.
7
Startnotitie beleidsplan schuldhulpverlening
De raad heeft in 2019 besloten meer sturing te geven aan de onderwerpen waarover hij een besluit moet nemen. Dat betekent dat de raad aan het begin van het proces voor beleidsopstelling beslist over het proces van totstandkoming. Hieronder valt ook de rol die de raad voor zichzelf wenst en voor inwoners en belangstellenden. Eventueel geeft de raad op inhoud kaders mee aan het college voor het op te stellen beleid. Dit gebeurt door het vaststellen van een startnotitie.
In februari 2020 zijn een aantal onderwerpen aangewezen waarop de raad aan de voorkant wil sturen. Zo ook het beleidsplan schuldhulpverlening. De raad wordt gevraagd de startnotitie hiervoor vast te stellen.
Naar aanleiding van de sessie met de raad op 8 juli is de startnotitie aangepast. Onder hoofdstuk twee zijn de wijzigingen toegevoegd.
Verordening afvoer hemel- en grondwater Gemeente Voorschoten 2020
De verwachte toename in de intensiteit van regenbuien heeft invloed op de krappe capaciteit van het huidige rioolstelsel. Het vergroten van het huidige riool en het afkoppelen van het hemelwater wordt beperkt door de benodigde ondergrondse ruimte. De levering van drinkwater door de drinkwaterbedrijven wordt een steeds grotere opgave door de groei van de bevolking. De toename van regenbuien en de verwachte schaarste in drinkwater hebben deelnemers van de samenwerking waterketen Leidse Regio (gemeente Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Zoeterwoude, Wassenaar, Voorschoten, Hoogheemraadschap van Rijnland en drinkwaterbedrijf Dunea) doen besluiten om een hemel- en grondwater verordening te ontwerpen. Deze moet bij nieuwe ontwikkelingen en vernieuwbouw een bijdrage leveren aan het terugdringen van verbruik drinkwater tussen 15% en de 25% en tijdens een regenbui het reduceren van het direct lozen van hemel- en grondwater op het riool tussen de 25% en de 35%. De raad wordt voorgesteld deze verordening vast te stellen.
De geheimhouding van stukken die aan de raad onder geheimhouding zijn aangeboden moet in de eerstvolgende raadsvergadering worden bekrachtigd. Op de dag van de vergadering wordt bezien of een dergelijk besluit moet worden genomen.
10
Overig (o.a. moties vreemd aan de orde van de dag)